Horror hotel op Bio Science Park Leiden
Het Bio Science Park laat geen gelegenheid voorbij gaan om duidelijk te maken hoe innovatief het is. Op de maandelijkse netwerkborrel in “De Stal”, ooit de verblijfplaats van de genetisch gemanipuleerde stier Herman, mogen bedrijven zich presenteren en zijn ook gemeenteraadsleden welkom.
Allemaal mooie Powerpoints en Prezi's natuurlijk, maar het in dierenwelzijn geïnteresseerde raadslid wil vooral weten of er op het BSP ook dierproeven worden uitgevoerd, hoeveel en door wie. Daarop volgt nooit een duidelijk antwoord. “Maar we doen wel veel aan het ontwikkelen van alternatieven.” En zo wordt het argeloze raadslid gerustgesteld met innovaties als die van het bedrijfje InOvo, dat al in het ei het geslacht van kuikentjes kan bepalen. Daardoor hoeven er geen “waardeloze haantjes” meer te worden uitgebroed.
Of van het bedrijf Life Science Methods, dat van proeven op visjes, via steeds verdere verfijning, nu proeven doet op klompjes cellen, nog voor de zenuwbanen zijn aangelegd. En o ja, Marianne Thieme, fractievoorzitter van de Partij voor de Dieren in de Tweede Kamer, reikte in 2014 de Hugo van Poelgeestprijs uit aan een team van het LUMC en het bedrijf Pluriomics, voor dierproefalternatieven bij onderzoek naar hartritmestoornissen.
Dat blijkt dus allemaal veel te rooskleurig. Begin december sloot de TNO-vestiging namelijk een deal met InnoSer; een fokkerij die proefdieren “bedrijfsklaar” aanbiedt en zich gaat vestigen op het Bio Science Park, dicht bij de klant. Wreed? Gruwelijk? Achterhaald? Welnee, zo moeten we dat niet zien volgens InnoSer-directeur Jan Bartels: “We zijn eigenlijk een hotel dat knaagdieren een verblijf met volpension aanbiedt. Ook garanderen we de microbiologische gezondheid en welzijn van de dieren, […] en eventueel verzorgen we speciale diëten.”
Je zou bijna proefdier willen zijn. De werkelijkheid is anders. In 2014 werden er in Nederland ruim een half miljoen proefdieren gedood zonder dat er ook maar één proef mee werd uitgevoerd. Van vervanging, verfijning en vermindering van dierproeven is weinig sprake. Niet voor niets sleepte de Europese Commissie Nederland in oktober 2014 voor de rechter en eiste een megaboete van maar liefst € 50.000,- voor iedere dag dat Nederland zich nog langer aan de regelgeving onttrekt en te veel dierproeven blijft doen. Investeren in proefdieren is dus de klok 50 jaar terugzetten. De vraag is niet, of dierproeven nog “nodig” zijn; het uitgangspunt zou moeten zijn dat dieren niet in hun lichamelijke integriteit mogen worden aangetast. Dat geeft de nodige druk om alternatieven te onderzoeken.
Veel dierproefnemers willen zelf ook verandering. Helaas staan tussen droom en daad wetten in de weg, en praktische bezwaren. Europese wetgeving verplicht tot het uitvoeren van telkens weer dezelfde proeven bij een minieme verandering van de werkzame stof in het geneesmiddel. Dan is er nog de concurrentiestrijd tussen de laboratoria zelf, waardoor dezelfde dierproeven wereldwijd meervoudig uitgevoerd worden. Bij een bezoek aan een proefdiercentrum dat ik bracht met Tweede Kamerlid Esther Ouwehand, waren de betrokkenen heel openhartig: er is te weinig tijd, nauwelijks geld, zelfs geen direct beleid om alternatieven te ontwikkelen. “We doen het eigenlijk in onze vrije tijd.”
Kunnen we dierproeven in Leiden dan niet verbieden? Nee helaas; daar gaat het Rijk over. Wél kunnen we als stad innovatieve bedrijven aantrekken die welbewust alternatieven ontwikkelen voor dierproeven. In juli 2014 nam een meerderheid van de Leidse gemeenteraad een motie van die strekking aan. Leiden wil graag innovatief zijn. De gemeente was in 2014 zelfs kandidaat voor de titel ‘Innovatiehoofdstad van Europa’. Die prijs ging echter aan onze neus voorbij en dus ook het daarbij behorende geldbedrag van 500.000 euro. Jammer. Leiden zou kunnen scoren met een Bio Science Park waar oplossingen ontwikkeld worden voor een van de lastigste ethische problemen ter wereld: vivisectie. Een kenniscentrum met zo'n speerpunt zou uniek zijn in de wereld. Leiden zou zich hiermee internationaal op de kaart zetten bij vakgenoten in de life-science, maar ook bij het grote publiek.
De maatschappelijke weerstand tegen dierproeven is groot. Vrijwilligers van het ADC (tegenwoordig Animal Rights) halen op de Leidse zaterdagsmarkt met gemak ruim 1000 handtekeningen op voor hun petitie. Leiden zou breed de sympathie verwerven, niet alleen van de groeiende groep mensen die zich actief inzet voor dierenrechten en –welzijn, maar ook van het grote publiek dat vanuit een nieuw moreel besef met steeds luidere stem oproept tot afschaffing van dierproeven.
Dick de Vos
Gemeenteraadslid namens de Partij voor de Dieren in Leiden
Een verkorte versie van dit artikel verscheen in het Leidsch Dagblad van 16 januari 2015
Gerelateerd nieuws
Geen vuurwerk bij het dierenasiel, kinderboerderijen of verpleeghuizen
De gemeente Hilversum verbiedt vuurwerk in het centrum. In Utrecht gaan stemmen op om burgers zelf te laten bepalen of ze vuu...
Lees verderOpinie: Horrorhotel voor dieren in Bio Science Park Leiden
Het Bio Science Park laat geen gelegenheid voorbij gaan om duidelijk te maken hoe innovatief het is. Op de maandelijkse netwe...
Lees verder