Schrif­te­lijke Vragen: Komma­ro­tonde


Indiendatum: 3 mrt. 2021

Op grond van artikel 45 van het Reglement van Orde stelt het lid Van Schaik (Partij voor de Dieren) het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Leiden de volgende vragen over de Kommarotonde:

1. De actiegroep Kommarotonde geeft aan dat er gevaarlijke situaties ontstaan bij deze rotonde, herkent het College dit?
Antwoord: Het kruispunt bij de Jan van Houtkade is gelegen aan een intensief gebruikte ontsluitingsroute. Helaas is geen enkel kruispunt bij drukke ontsluitende wegen vrij van gevaar. Ook op dit kruispunt gebeuren ongevallen. Er is echter geen sprake van een verkeersonveilig punt (vroeger black spots genoemd). Daarvoor geldt dat er binnen 3 jaar minstens 6 ongevallen met letsel hebben plaatsgevonden. Dat is hier niet het geval. Na de herinrichting in 2017 (nu bijna 4 jaar geleden) zijn er in totaal 6 ongevallen geregistreerd, waarvan 2 met letsel. Gelet op de verkeersdruk van dagelijks zo’n 15.000 auto’s en enkele duizenden fietsers valt dit ongevallenbeeld relatief gezien erg mee. Bij zo’n beperkt aantal ongevallen is het lastig vergelijken met de oude situatie, maar gesteld kan worden dat de situatie zeker niet verkeersonveiliger is geworden. Dat is een fraai resultaat, omdat de wachttijden voor alle verkeer, en zeker voor overstekende fietsers en voetgangers fors zijn afgenomen nu er geen verkeerslichten meer zijn. De herinrichting levert tevens de beoogde verbetering voor de
doorstroming en betrouwbaarheid van het HOV op. Bovendien heeft de omgeving een forse groene kwaliteitsverbetering ondergaan, die goed aansluit bij het Singelpark. Het eventuele gevoel van ongemak of onveiligheid heeft meer te maken met de drukte, dan met de inrichting.

2. Is het College het met de actiegroep eens dat een voetgangersoversteekplaats (VOP) de veiligheid van voetgangers kan verhogen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord: Het College is het niet met de actiegroep eens dat een voetgangersoversteekplaats op deze specifieke locatie de veiligheid van voetgangers kan verhogen. Dit heeft met 3 aspecten te maken:
1. Verkeersjuridisch en landelijke richtlijnen
Op dit kruispunt is de route van de Lammenschansweg – Jan van Houtbrug – Geregracht –
Oranjeboomsteeg aangewezen als de voorrangsweg. Dat ligt voor de hand, omdat dit de
drukste route is, en omdat op de zijwegen (Jan van Houtkade en Korevaarstraat) veel minder
verkeer rijdt. De route is bovendien een belangrijke busroute (uiteraard het HOV, maar ook
andere lijnen) een primaire uitrukroute voor hulpdiensten. Kruispunten worden in Nederland
zoveel mogelijk uniform ingericht. De voorrangsweg (de naam zegt het al) heeft dus voorrang
op de zijwegen, maar ook op de fiets- en voetpaden die de voorrangsweg oversteken.
Landelijke richtlijnen schrijven dit voor, ondersteund door verkeerswetgeving. In de
raadscommissie van september 2016 is hier ook een mondelinge toelichting over gegeven.
Het zoveel mogelijk gelijk en uniform houden van dergelijke voorrangsregels draagt bij aan
herkenbaarheid en begrijpelijkheid voor alle verkeer en daarmee aan de verkeersveiligheid in
zijn algemeenheid.
2. Combinatie met fietsoversteek
Een tweede belangrijke stelregel die het College bij het inrichten van wegen aanhoudt is dat
op plekken waar een oversteek voor fietsers en voetgangers naast elkaar liggen, de voorrang
gelijk gehouden wordt. Oftewel: als fietsers geen voorrang hebben, dan voetgangers ook niet.
Op deze specifieke plek hebben we het als onvoldoende veilig bestempeld om fietsers voorrang te geven. Dat heeft te maken met de bochtigheid van de weg, het onderlinge zicht
en de snelheid van fietsers tov het autoverkeer. Omdat de fietsoversteek geen voorrang heeft,
is ervoor gekozen dat voor de voetgangers ook niet te doen. Dat levert het meest heldere
verkeersbeeld op en voorkomt verwarring bij alle verkeersdeelnemers en daarmee potentiële
verkeersonveiligheid. De keuze voor deze helderheid is met andere woorden vooral met oog
op de verkeersveiligheid gemaakt.
3. Algehele doorstroming
Dit kruispunt ligt midden tussen twee andere kruispunten in die met verkeerslichten geregeld
zijn (kruispunt Lammenschansweg – Zoeterwoudsesingel en kruispunt Levendaal –
Oranjeboomstraat). De verkeerslichten op deze kruispunten ‘communiceren’ met elkaar. Het
kruispunt bij de Lammenschansweg stuurt bijvoorbeeld geen auto’s door, als de wachtrij bij
het kruispunt Levendaal te lang wordt. Dankzij deze afstemming is het ook mogelijk de HOVbus soepel te laten doorstromen. Deze onderlinge afstemming werkt alleen als er in dit
systeem geen ‘verstoring’ optreedt. Een zebrapad zorgt ervoor dat autoverkeer wel degelijk af
en toe moet wachten op overstekende voetgangers (en omdat we de voorrang gelijk houden:
ook fietsers). Het systeem van kruispunten kan dit niet goed verwerken. Nu is het geen ramp
als autoverkeer af en toe langer moet wachten, maar dat zou er ook voor zorgen dat de HOVbus structureel vertraging oploopt.

3. Is het College bereid de mogelijkheid voor het toevoegen van een VOP te onderzoeken? Zo nee, waarom niet?
Antwoord: Nee, Het College heeft bij de totstandkoming van het ontwerp voor de Centrumroute uitgebreide ontwerpverkenningen gedaan naar de mogelijkheden en onmogelijkheden, in combinatie met de projectdoelstellingen (doorstroming HOV en een kwaliteitsverbetering van de hele omgeving). Het heeft tot de overwegingen geleid zoals die hierboven zijn beschreven. Gesterkt door het beperkt aantal verkeersongevallen staat het College volledig achter het ontwerp en de situatie zoals die aangelegd is.

4. Is het College bereid de mogelijkheid voor een snelheidsverlaging naar 30 km/u in de zone rondom de kommarotonde te onderzoeken? Zo nee, waarom niet?
Antwoord: Nee, het College acht dit onnodig. Uit snelheidsmetingen die na aanleg van de nieuwe situatie zijn gehouden bleek dat:
- de gemiddelde snelheid 31 km/u is;
- 85% van het verkeer langzamer rijdt dan 37 km/u;
- 95% van het verkeer langzamer rijdt dan 41 km/u;
- 0,29% van het verkeer de maximumsnelheid van 50 km/u overschrijdt
Deze meting is uitgevoerd op het rechte deel van de Oranjeboomstraat. Snelheidsmetingen zijn bijna niet uit te voeren in bochten. Maar het is aannemelijk dat de snelheid in de bochtigheid rond het kruispunt nog lager ligt. Daarnaast is in de Mobiliteitsnota de doorgaande route Lammenschansweg – Oranjeboomstraat aangewezen als ‘wijkontsluitingsweg’. Dat betekent dat deze weg een belangrijke ontsluitende functie heeft. Bij een snelheid van 30 km/u zou een geheel andere inrichting horen, waarbij verkeer gemengd
over de rijbaan rijdt en waar kruispunten gelijkwaardig zijn. Voor een dergelijke inrichting is het hier veel te druk. Tot slot geldt ook hier dat dergelijke wijzigingen de soepele doorstroming van de HOVbussen ernstig onder druk zou zetten.

Indiendatum: 3 mrt. 2021
Antwoorddatum: 14 apr. 2021

Interessant voor jou

Schriftelijke Vragen: Het gebruik van bouwpuin vervuild met plastic voor het verharden van wandelpaden

Lees verder

Schriftelijke Vragen: Foute beleggingen van pensioenfonds ABP

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer